De zorgplicht houdt in dat de huurder het voertuig met zorg en aandacht moet behandelen en alle voorzienbare schade moet proberen te voorkomen (alsof het zijn eigen bestelwagen is). Het voertuig mag bijvoorbeeld alleen persoonlijk worden bestuurd door de huurder of door de in de huurovereenkomst genoemde bestuurder, mits deze in het bezit is van een geldig rijbewijs.
Andere aspecten van de zorgplicht zijn:
Het voortdurend bewaken van de verkeersveiligheid.
Het controleren van het olie- en waterpeil en de antivries- en bandenspanning.
Het illegaal beladen van het motorvoertuig boven de wettelijke gewichtsgrens.
Zorgvuldige vergrendeling van het voertuig ter bescherming tegen diefstal.
Ervoor zorgen dat de bestuurder rijgeschikt is (niet onder invloed van alcohol of drugs of oververmoeid).
Het voertuig mag niet worden gebruikt voor het slepen van andere voertuigen of voor race- en sportevenementen.