De fietsendrager kan aan de aanhangerkoppeling worden bevestigd. Hij vervoert maximaal 4 fietsen met een maximaal totaalgewicht van 63 kg (maar max. 23,5 kg per rail, 17 kg op de extra rail).
De fietsendrager bedienen
- Open de fietsendrager door hem van bovenaf voorzichtig naar beneden te trekken:
- Beweeg de houders op de rails naar links of rechts om de fiets te bevestigen.
- Maak de riemen op de houders los om het gebruik te vergemakkelijken.
- Begin met het laden van de fietsen op de rails die het verst weg is. De zwaarste fiets moet het dichtst bij de auto staan.
- Bevestig de kortere arm aan de bovenkant van de eerste fiets en haal de spanbanden door de banden om de fiets vast te zetten. Pas indien nodig de positie van de riemhouders aan.
- Vergrendel de fiets met de meegeleverde sleutel (dezelfde sleutel past op alle sloten) door het sleutelgat in elke arm van de fietsendrager.
- Herhaal deze procedure als u meer fietsen wilt vervoeren.
- Om de bagageruimte te openen, schuift u het veiligheidsslot in en drukt u op om de fietsendrager te verschuiven:
Let op:
- De fietsendrager mag nooit met meer dan 63 kg totaalgewicht worden beladen.
- Open de bagageruimte voorzichtig als de fietsen gemonteerd zijn. De achterkant kan beschadigd raken!
- Let er bij het in- en uitladen van de fietsen op dat u geen krassen maakt op het oppervlak van het voertuig of op de ruit van de bagageruimte.